Melkveehouder Wilry Giesen uit Vethuizen is één van de deelnemers aan de kennisgroep KLIMEA, waarvan de VKA partner is. In dit vierjarige PPS project ‘op weg naar een klimaatbestendige melkveehouderij in de Achterhoek’ (KLIMEA) wordt onderzocht hoe de melkveehouderij op de zandgrond in de Achterhoek zich kan aanpassen aan de klimaatverandering. Wilry vertelt over hoe de droogte zijn bedrijfsvoering raakt en hoe hij hier op anticipeert.
De 53 ha die Wilry Giesen onder zijn bedrijf heeft, kent verschillende grondsoorten: kleigrond, leemhoudende zandgrond, zavelgrond en zandgrond in Beek, bij de stuwwallen van Montferland. Deze diversiteit aan grondsoorten lijkt een uitdaging op zich, al ziet Wilry dat net even anders. ‘Werken met verschillende grondsoorten is ook een soort risicospreiding. Als het erg nat is, blijft de klei nat en hoef ik die percelen niet op te gaan. De zand- en zavelgronden zijn droogtegevoeliger en vergen een heel andere aanpak.’
Anticiperen op droogte
Wilry melkt zo’n honderd koeien en heeft 45 stuks jongvee op zijn bedrijf. Het voeren van veel vers gras is een belangrijke pijler. Hij weidt lang en veel en doet van begin april tot en met half oktober aan zomerstalvoeren. Tijdens deze periode zit de kuil dicht. Veel vers gras in de koe en dus zoveel mogelijk eiwit van eigen land zijn hierbij zijn belangrijkste argumenten. Zijn bedrijfsvoering is redelijk intensief. Om met het ruwvoer zoveel mogelijk zelfvoorzienend te kunnen zijn en door zijn focus op veel vers gras in de koe, heeft hij veel aandacht voor de bodem en beregening van zijn percelen. ‘Voldoende water voor de grond is belangrijk, vooral natuurlijk tijdens de droge periodes. Het bodemleven blijft actief en ik houd de groei er in.’
Wilry vindt het belangrijk om zich voor zover dat kan goed voor te bereiden op klimaatveranderingen en veranderingen in temperaturen en neerslagpatronen. Hij is in zijn bedrijfsvoering al meerdere jaren bezig met het anticiperen op de droogte. ‘Ik zie dat de extremen groter worden en door aan het KLIMEA-project mee te doen, verbreed ik mijn kennis en krijg ik nieuwe inzichten. ‘Het jaar 2021 was een goed en groeizaam jaar zodat we zelfvoorzienend waren, maar afgelopen seizoen was net als in 2018, 2019 en 2020 extreem droog. Het gras op de kleigronden stopt met groeien als het zo droog is. Het gras blijft groen, maar de groei is er uit.’ Om beter voorbereid te zijn op droogte heeft Wilry vochtmeters en druppelirrigatie in mais aangelegd. Ook is kruidenrijk grasland ingezaaid.
Kruidenrijk grasland
Het inzaaien van kruidenrijk grasland is een voorbeeld van een maatregel die Wilry al toepaste. Dit jaar zaait hij kruiden in op 7 ha. Dit kruidenrijke gras voert hij vers op stal. ‘Vorig jaar heb ik rietzwenk met kruiden ingezaaid. Als proef ging ik dit in het najaar vers op stal voeren. Ik merkte namelijk dat met name het vetgehalte onderuit ging door het voeren van veel vers gras. Het gras groeide goed, maar ging te snel door de koe. Ik wilde dus iets meer structuur toevoegen.’
De melkveehouder vindt het een uitdaging om de kruiden in het gras te houden en is benieuwd hoe dat de komende jaren uitpakt. Tijdens de droogte van afgelopen zomer merkte hij dat met name de cichorei bleef groeien en dat hij de kruidenpercelen minder intensief hoefde te beregenen. ‘Ik hoop met de kruiden die meer droogtebestendig zijn, de opbrengst op peil te houden. Vers gras blijven voeren blijft mijn doelstelling.’

Vochtmeters
De 25 ha huiskavel kan hij elektrisch beregenen. Sinds afgelopen voorjaar liggen op drie plekken vochtmeters in de graspercelen. Op 15 centimeter diepte liggen in een perceel kleigrond, zavel- en leemhoudende zandgrond sensoren van AgroExact. Wilry: ‘In combinatie met eigen waarnemingen en ervaringen geven de sensoren mij inzichten in of en wanneer ik moet beginnen met beregenen en hoeveel. Ik kan nu beter sturen op beregenen en de meters geven mij meer kennis over de eigenschappen van de grond. Ik zie nu bijvoorbeeld dat het water op de zavel- en zandgrond sneller door de bodem zakt en dat het blijft hangen in de klei. Het is interessant en handig dat de waardes altijd actueel zijn en ik dus snel kan schakelen.’
Druppelirrigatie in mais
In de 8 ha maispercelen die hij in Beek heeft liggen is in 2020 een druppelirrigatiesysteem aangelegd. ‘Op de maispercelen is de grond zo droog, daar moet je in het seizoen iedere twee weken een bui hebben, anders groeit de mais niet’, verduidelijkt Wilry. Met een goede aansturing van het systeem kan voor een optimale vochtvoorziening worden gezorgd en een hoge benutting van de watergift, zodat het waterverbruik geminimaliseerd wordt. Wilry gebruikt het systeem ook voor fertigatie, waarbij kunstmest wordt toegediend via het slangensysteem. ‘De grond is erg uitspoelingsgevoelig, het is dus belangrijk goed te kijken naar het moment van toedienen.’
Over de maisopbrengsten is de melkveehouder in ieder geval tevreden. Vorig jaar oogstte hij 17 ton, dit jaar was dat ruim 21 ton ds per ha. ‘Ik zat gemiddeld op 11 ton ds-opbrengst per ha. Dit systeem heeft wel toekomst, maar ik zou het op dit moment nog niet direct adviseren aan collega-melkveehouders. Voor mij geldt dat er best veel arbeidsuren in gaan zitten. De slangen moet ik er in leggen en er weer uit halen en ritnaalden hebben kleine gaatjes in de slangen gemaakt. Dat moet ik repareren en ook dat kost tijd. Al moet ik het systeem nog beter leren kennen en het één en ander finetunen, maar de meeropbrengst in de mais is zichtbaar en daar was het mij om te doen.’
Over KLIMEA
KLIMEA is de afkorting van het nieuwe PPS-project ‘Op weg naar een klimaatbestendige melkveehouderij in de Achterhoek’ waarmee Wageningen Livestock Research en partners aan de slag zijn. Het project heeft als doel het ontwikkelen, delen en demonstreren van kennis en innovaties die nodig zijn voor het klimaatbestendig maken van melkveebedrijven in De Achterhoek. Belangrijke partner in het project is de vereniging Vruchtbare Kringloop Achterhoek en Liemers (VKA). Klimaatadaptatie is een belangrijke pijler van de VKA om bedrijfsresultaten én milieuprestaties te verbeteren. Naast de VKA zijn FrieslandCampina, Provincie Gelderland, Vitens, Waterschap Rijn en IJssel en ForFarmers als partners betrokken. Agro-innovatiecentrum De Marke en Wageningen Livestock Research zijn uitvoerende partijen in dit project.